Het begrijpen van valrisico's met Md PhD Sandra De Breucker

08 dec. 2022

In deze aflevering van de Mintt Academie vertelt Sandra De Breucker, Hoofd geriatrie van het Erasmus Ziekenhuis u meer over hoe om te gaan met valrisico's.

Voor ons is een persoon met een valrisico iemand die in de afgelopen zes maanden al eens is gevallen. Maar dit kan ook accidenteel zijn,we kunnen allemaal struikelen over een losse stoeptegel... Zo’n val is niet verontrustend. Maar zodra iemand regelmatig valt, buiten en binnen, moet je besluiten dat deze patiënt hoogstwaarschijnlijk een risico loopt om te vallen en mogelijk iets te breken. Om na te gaan wie een valrisico loopt, moeten we eerst een onderscheid maken tussen intrinsieke risicofactoren verband met de persoon zelf en extrinsieke risicofactoren, verband met zijn omgeving. Bij de intrinsieke factoren vermelden we alle ziekten die kunnen leiden tot spierzwakte, medicatie die kan leiden tot bloeddrukdalingen of die het hart veel te traag maakt en bradycardie veroorzaakt, psychotrope medicatie zoals slaappillen, kalmeermiddelen, antidepressiva die het denken en stappen vertragen en een impact hebben op het valrisico.                    

Het tweede is de omgeving. Door een krappe omgeving, vol voorwerpen en meubels van een heel mensenleven, wonen ouderen soms op plaatsen die het valrisico vergroten: tapijten die niet goed aan de vloer vastzitten, of weinig licht in de gangen zijn allemaal factoren die het valrisico in het dagelijkse leven vergroten.                       

Is er iemand in je omgeving gevallen, neem dan eerst contact op met je huisarts en meld de val. Vallen is niet normaal. Het is niet omdat je ouder wordt dat vallen normaal is, een val kan grote gevolgen hebben. Praat daarom met je huisarts. De huisarts kan dan het geriatrisch daghospitaal inschakelen. Hier werken geriatrische artsen die gespecialiseerd zijn in de behandeling van valincidenten en in de preventie ervan, maar ook een multidisciplinair team met kinesisten, ergotherapeuten en eventueel psychologen als de valincidenten traumatische gevolgen hebben voor de psyché van de betrokkene. Op die manier proberen we valpartijen globaal aan te pakken. Want als je maar één ding aanpakt, bijvoorbeeld door een slaappil te schrappen, loop je het risico je doel te missen. Uiteraard moet men alle mogelijke oorzaken van valpartijen kunnen behandelen, zodat de betrokkene zijn autonomie kan herwinnen.                       

Tijdens deze beoordeling kijkt de arts naar geneesmiddelen die een valrisico inhouden. Hij zal ook nagaan of de patiënt lijdt aan orthostatische hypotensie, met andere woorden of zijn bloeddruk daalt wanneer hij van liggen naar staan gaat. In dat geval kan het nodig zijn de medicatie af te bouwen of andere systemen te voorzien om de veneuze terugkeer naar het hart en een goede bloeddruk te garanderen.

De kinesist beoordeelt het valrisico, maar ook het evenwicht en de stapsnelheid: een trage patiënt heeft meer kans om te vallen dan iemand die met een normale snelheid loopt. Hij zal bepalen welke technieken nodig zijn om de moeilijkheden bij het lopen te overwinnen. Hij zal ook aanbevelingen doen aan de kinesist die de patiënt overneemt buiten de instelling en de revalidatie thuis of in de praktijk organiseert.                       

De ergotherapeut binnen het multidisciplinaire team heeft oog voor situaties met valgevaar: een patiënt die een glas uit een hoge kast neemt door op een krukje te klimmen, bijvoorbeeld, of een patiënt die ‘s nachts het licht niet aandoet om naar het toilet te gaan. Door al deze aanpassingen aan de omgeving kan de patiënt zijn autonomie herwinnen, weer veilig wonen en hoeft hij vooral niet voortdurend bang te zijn voor een nieuwe val.